In geschil voor Rechtbank Noord-Holland in de zaaknr. AWB-13_3431 is of de UTB wegens
strijd met artikel 869, sub a, van de Toepassingsverordening communautair
douanewetboek (hierna: TCDW) dient te worden vernietigd. De rechtbank komt, evenals
verweerder, tot de conclusie dat de douane-expediteur een fout of een vergissing
heeft gemaakt door de goederen in strijd met de uitdrukkelijke instructie van eiseres
vóór 1 januari 2012 in te klaren. De gevolgen van deze fout of vergissing dienen op
grond van hetgeen hierna wordt overwogen voor rekening van eiseres te blijven. De
rechtbank is van oordeel dat artikel 869, sub a, van de TCDW, dat dient te worden
beschouwd als een bepaling die in een specifieke situatie gewekt vertrouwen beoogt te
beschermen, toepassing mist ingeval de marktdeelnemer die daarop een beroep doet,
wist dat het tariefcontingent al was uitgeput. Of de uitputting van het
tariefcontingent was bekendgemaakt is gelet op dit oordeel niet van belang. De
rechtbank het beroep ongegrond.