Hoofdstuk 26

Ertsen, slakken en assen

 

AANTEKENINGEN

 

 

1. Dit hoofdstuk omvat niet:

 

a. slakken en dergelijke industriële afvallen, tot macadam verwerkt (post 25.17);

b. natuurlijk magnesiumcarbonaat (magnesiet), ook indien gebrand of gesinterd (post 25.19);

c. slib afkomstig uit opslagtanks van aardolie, dat hoofdzakelijk dergelijke olie bevat (post 27.10);

d. fosfaatslakken als bedoeld bij hoofdstuk 31;

e. slakkenwol, steenwol en dergelijke minerale wol (post 68.06);

f. resten en afvallen van edele metalen of van metalen geplateerd met edele metalen; andere resten en afvallen bevattende edele metalen of verbindingen van edele metalen, van de soort hoofdzakelijk gebruikt voor het terugvinden van edele metalen (post 71.12 of 8549);

g. door het smelten van ertsen verkregen kopersteen, matten van nikkel of matten van kobalt (Afdeling XV).

 

2. Voor de toepassing van de posten 26.01 tot en met 26.17 worden onder 'ertsen' verstaan: ertsen die worden gebruikt in de metallurgie voor het winnen van kwikzilver, van de metalen bedoeld bij post 28.44 of van de metalen bedoeld bij de afdelingen XIV en XV, ook indien zij bestemd zijn voor andere doeleinden, mits zij geen andere bewerkingen hebben ondergaan dan gebruikelijk is in de metallurgie.

 

3. Post 26.20 heeft uitsluitend betrekking op:

 

a) slakken, assen en residuen van de soorten die in de industrie worden gebruikt voor het daaruit winnen van metaal of voor het vervaardigen van chemische metaalverbindingen, met uitzondering van assen en residuen afkomstig van de verbranding van stedelijk afval (post 26.21);

b) slakken, assen en residuen die arseen bevatten, ook indien zij metalen bevatten, van de soort gebruikt voor het winnen van arseen of van metalen of voor het vervaardigen van chemische verbindingen daarvan.

 

AANVULLENDE AANTEKENINGEN

 

1. Voor de toepassing van onderverdeling 26.20.21 wordt onder 'slib van loodhoudende benzine en slib van loodhoudende antiklopmiddelen' verstaan, slib afkomstig uit opslagtanks van loodhoudende benzine en loodhoudende antiklopmiddelen (bijvoorbeel tetraëthyllood) en hoofdzakelijk bestaande uit lood, loodverbindingen en ijzeroxide.

2. Slakken, assen en residuen die arseen, kwik, thallium of mengsels daarvan bevatten, van de soort gebruikt voor het winnen van arseen of van deze metalen of voor het vervaardigen van chemische verbindingen daarvan, moeten worden ingedeeld onder onderverdeling 26.20.60.